Zo houd je een Alembic vast…

Elk verhaal heeft een begin. Ook dit. Ronald begint op zijn 11e met een Japanse gitaar. Zo rond zijn 14e krijgt hij interesse in de basgitaar. In Amsterdam koopt hij op een veiling van de Bank van Lening een Aria Hi Flyer. Dat is een exacte kopie van de Mosrite shortscale bas met een mensuur van 30″. De overstap van gitaar naar bas is met zo’n shortscale eenvoudiger. Door de P90’s klinkt de bas erg strak.

Uiteraard van Internet, want de bas is er al lang niet meer

Als Ronald naar het pittoreske Warmenhuizen is verhuisd en hij in Kick op de bas gaat spelen heeft hij behoefte aan een “echte” bas. Eentje met een 34″ mensuur. Dat wordt een licht gebruikte Gibson Grabber. En bas uit de in 1972 gepresenteerde serie bassen en gitaren. Een fraai instrument met een verschuifbaar element als bijzonderheid met een hals als een boomstam. En voor Gibson een vreemde constructie: de hals was geschroefd in plaats van gelijmd.

Met de “blikken” kap die niet comfortabel was…

Het duurdere zusje van de Grabber was de G3 met drie single coil elementen die door de bekende Bill Laurence waren ontworpen. Een bekende bespeler van dat model was Kelly Grouchcut van de Electric Light Orchestra.

Een en al maple wat er blinkt…

Met “The Grabber” was helemaal niks mis. Of eigenlijk wel: het klonk niet als een rockbas. Perfect voor country of zo, maar “het” ontbrak. Omdat Ronald helemaal ondersteboven was van de sound van de bas van Phil Lynott (Thin Lizzy) op de live LP “Live and Dangerous” moest het een Fender Precision worden. Liefst zwart. En dat werd het. Die stond op een zaterdagochtend te koop in De Telegraaf. Zo ging dat in het pré-internet tijdperk.

De P-bass van Phil had een spiegelende slagplaat. Ronald vond matzwart mooi zat.

De Precision was van 1976. Toen Ronald hem kocht was bij net 16 maanden jong. helemaal nieuw nog. Toen nog wel. Want er ging mee opgetreden worden. Heel veel mee opgetreden. Later werd dat ‘relic’ genoemd, maar bij Ronald werd het verouderingsproces op geheel natuurlijke wijze doorlopen.

De Fender was absoluut een blijvertje. Toch liet Ronald zich verleiden tot de aanschaf van een Gibson RD Artist bas. Een bijzonder instrument omdat het de eerste in serie gebouwde actieve bas is. Om het elektronische gedeelte te herbergen werd een flink deel uit de body gefreest, wat zeker bijdroeg aan het prettige gewicht. Door de uitzonderlijke vorm bleef de bas mooi in balans hangen tijdens het spelen. Het was een winkeldochter, die met belachelijk veel korting bij Spanjaard de deur uit mocht.

Kenmerkend detail voor de ‘artist’-serie was het zeepaardje in de kop

Een van de redenen dat het niet goed lukte met deze actieve bas, was dat er eigenlijk geen luidsprekerssteen was opgewassen tegen het HiFi-karakter van het instrument. En de lage tonen waren zo laag dat menig geluidstechnicus gillend is weggerend.

De RD heeft wel de looks

Via via kon Ronald de bas ruilen tegen twee Tannoy Gold studioluidsprekers. Exit RD Artist. De Tannoys hebben jarenlang dienst gedaan in de huiskamer van Ronald. Geweldig geluid. Maar de bassen hadden een beetje de neiging om te ‘dreunen’. Dat zijn staande trillingen die in een studio waren voorkomen door een scheef plafond te bouwen en idem muren.

De Precision bleef en was lange tijd de enige bas in de familie. Er kwam toch een tweede bas bij: een zwarte Gibson The Ripper. Uit dezelfde serie als The Grabber. Gene Simmons van Kiss had er een, net als de bassist van Mothers Finest.

Om de een of andere reden lukte het Ronald niet om er net zo mooi geluid uit te als uit de Fender. Dat bleef jarenlang het ijkpunt. Stomtoevallig weet Ronald ook een fretloos exemplaar te scoren. Samen leveren zij een fraai bedrag op dat weer naar hartelust kan worden geïnvesteerd.

Een advertentie in de rubriek Speurders van de Telegraaf bracht Ronald op het spoor van een Gibson Les Paul Signature Bass uit 1972. Niet dat hij daar naar op zoek was… Het model had niets met de Les Paul gitaar te maken, maar het klonk wel commercieel aantrekkelijk. Jack Cassisy van Jefferson Airplane speelde er ook op. De semi-akoestische bas klonk ‘zompig’. Totaal niet waarop Ronald had gehoopt. Dus ook exit LP Signature. Hij ging weg voor een mooiere prijs dan bij de aanschaf. Dertig jaar later bezien, was het een schijntje.

Ook de advertentie is in stemmig grijs gehouden

Onder het motto ‘doe eens gek” koopt Ronald een Gibson Blackbird. Dat is een Thunderbird bas die is aangepast aan de wensen van NIkky Sixx, bassist van Mötley Crue. Opvallend is het ontbreken van een toonregeling. Alleen volume en een schakelaar voor elementkeuze. De heer Sixx is trouwens op liveopnames alleen te zien met zijn Thunderbird. Van dit zwarte monster ontbreekt dan elk spoor. Hij weet zelf blijkbaar ook wel beter.

De grijze bas is een Fender Precision deLuxe. Een actieve bas uit 1998. Echt een monumentaal geluid. Edwin van Huik geeft deze bas de bijnaam “de heimachine”. Ronald gebruikt de bas in 2003 voor opnames in de studio voor de CD van Silver.

Silver – In the Shadows (2003)
Het is tamelijk frisjes in de studio om 8 uur ’s ochtends

Maar ja, Ook deze bas kwam en ging. Deze was blijven staan na de overstap op 5-snarige bas kon worden ingeruild tegen een mooie Gibson Les Paul gitaar. Ook erg leuk, natuurlijk.

Silver – Rain down on me (2003)

Ook leuk: dit is de Fender Precision Bass Elite II uit 1983. Alleen gebouwd in dat jaar. Het was een experiment van Fender om een actieve bas te bouwen. Uit het feit dat hij maar één jaar in productie was, kan je al afleiden dat het geen succes was. Reden: de prijs… Het verschil tussen type I en type II is het aantal elementen.

Onder de invloed van Bill Wyman koopt Ronald een Steinberger XM-2. Deze bas heeft electronica van EMG. Dat werkt andersom: meer lage tonen is de knop terugdraaien. Belangrijker probleem in de dagelijkse praktijk is dat het niet went met de headloze hals. Na zo veel jaren te hebben gespeeld met een “gewone” bas, lukt het uitmikken van de plek voor je vingers niet meer automatisch. Bovendien dient de 5-snarige bas zich al aan..

Foto komt uit een videoregistratie van een show tbc de tsunamislachtoffers gehouden in Breezand.

Dan is het tijd voor het “echte” werk. Ronald verkoopt zo ongeveer alles wat los en vast zit. Met een goed gevulde knip gaan Pa Nijenhuis en hij naar Hilversum. Daar huist Edwin van Huik en die heeft een erg mooie Alembic Orion in “de aanbieding”. Wat een bas!!

Spelen en om een hoekje kijken kan prima samen

Eigenlijk is de Alembic de enige bas die rond in zijn 7 jaar bij Silver gebruikt. Heel af en toe die zwarte Fender als er een nostalgische sound noodzakelijk is.

De “dekplaat” van de Orion, die verder geheel van Mahonie is gebouwd, is van Coco Bolo, een tropische houtsoort met een geweldig mooie glans en nerf. Bij Alembic moet je daar dan wel $ 800 extra voor neerleggen. Ook andere “toppings” zijn mogelijk net als andere houtsoorten dan mahonie. Ook kan je side-LED’s laten inbouwen. Uiteraard allemaal tegen een fikse meerprijs.

In 2005 is het voor Ronald einde Silver. Het boekingskantoor heeft een beperkt aantal zalen waarmee zij samenwerken. Steeds hetzelfde rondje langs dezelfde zalen begint hem danig te vervelen. Een aantal nummers laat zich lastig spelen op een 4 snarige bas, zodat hij besluit zich toe te leggen op de 5-snarige bas. Dan gaat hij eind 2011 spelen in So What? Dat is een harde band uit Aalsmeer. De eerste 5-string bas is een Yamaha BB5000a. Dat is jarenlang het topmodel uit de bassenreeks van het merk met de stemsleutels.

In de oefenruimte in Aalsmeer met de Yamaha en een vers kaal bolletje

Op de Grote Markt in Haarlem wordt op 29 mei 2016 de eerste aflevering gehouden van de Grootste Band van Nederland. Een waanzinnig spektakel. Zo’n 400 bassisten veroorzaken een zoemend geluid als dat van een erg grote bromvlieg. Ronald staat er keurig met zijn Yamaha en de Eden Metro. Ook zijn er 500 drummers en net zo’n aantal gitaristen. En erg veel vocalisten. In totaal moesten er ruim 1.250 om het record te vestigen.

Naast de Yamaha weet Ronald zijn eerste G&L L-2500 op de kop te tikken. Dat is een geweldig instrument. En Ronald speelt daar op tijdens een optreden van So What? in Scheveningen. Stom genoeg is dit toch geen blijvertje.

Met de G&L L-2500 (die stom genoeg verkocht werd)

Ronald is definitief overgegaan op de 5-snairige bas. Hij ruilt de Alembic Orion (die als 4-snarige ongebruikt ligt te wezen) in voor een Excel van hetzelfde merk. Dat is een bas met een zogenaamde P/J-configuratie. Zeg maar, een verbeterde Fender Precision met Jazz-element. Jason Newstedt van Metallica speelt op eenzelfde bas.

In de oefenruimte

Naast zijn gitaarspel in Bluesville wordt Ronald gevraagd om mee te doen in de huisband van P3 in Purmerend. Daarvoor gebruikt hij deze buitengewoon mooie MusicMan Stingray 5 Sequoia Gold. Mondvol, maar zo’n instrument verdient dat wel…. Waar die nu weer vandaan kwam? Ach, een heel verhaal, dat begint met: “ik zag een erg mooie bas en ik kon het niet laten..”.

Dat bleek toch wel erg zwaar. Elke maand werden 10 nieuwe nummers ingestudeerd. De eerste week thuis oefenen, dan met de huisband, de week daarop met gasten en tenslotte showtime. En dan opnieuw. Ronald merkte dat dit ten koste ging van zijn aandacht voor Bluesville. Jammer, dus voor de huisband.

Daar sta je dan….

Ook grappig is deze (passieve) Gibson EB 13 uit 2013. Was een winkleldochter die 7 (!) in haar koffer had liggen te slapen.En toen moet ze er uit. Speelde lekker, klonk naar verhouding goed, maar haalde het niet bij een actieve bas. Natuurlijk kan je er wat meer laag in draaien, maar dat is toch niet hetzelfde. De kleur is Boullion Gold, mocht je er soep van willen kopen.

Goede recensies gelezen over Warwick. Ronald ziet een advertentie voor een Katana NT 5 Custom. Een lange naam voor een mooie bas. Aparte vorm, erg fraaie uitvoering, kortom: dat zou toch wel een mooie aanvulling op zijn G&L betekenen. En ja. Het is zonder meer een mooie bas die goed speelt en erg mooi klinkt. Maar na een optreden in De Pilaren is ook duidelijk dat de bas (te) weinig eigen karakter heeft. Helaas…

De Warwick Katana NT 5 Custom

Nog een Warwick: een 199a Streamer Series I met Bartolini elektronica. De DR Orange NEON Strings vond Ronald er erg fraai bij staan. Wij geven hem daar gelijk in. Ook deze Warwick had een doorlopende hals, want dat jaren ze voor 1994 allemaal. Bij de verkoop op Marktplaats bleven twee mogelijk koepers tegen elkaar op bieden. De ultieme droom van elke verkoper.

De Warwick Streamer Series I

Basversterkers :

Een bas moet natuurlijk wel te horen zijn. Daarvoor zijn er versterkers bedacht. En luidsprekers. Dat is technisch echter helemaal niet zo simpel als je zou denken. Muziek is een verzameling geluidsgolven. Hoe beter de weergave apparatuur, des te beter je de verschillende geluiden uit elkaar kunt houden.

En al die geluiden moeten op hetzelfde moment bij jouw oor aankomen. Lukt dat niet dan staat het geluid “uit fase”. Luidsprekers werden tegelijk ontwikkeld voor de radio als voor de sprekende film.

Midden- en hoge tonen konden vanaf het begin redelijk eenvoudig worden weergegeven. Er was niet erg veel vermogen nodig om een verstaanbaar geluid voort te brengen. Lage tonen was een heel ander verhaal..

Een bastoon van zeg 45 Hz kost echt erg veel kracht om weer te geven. Vandaar dat basversterkers vrijwel altijd veel krachtiger (moeten) zijn dan bijvoorbeeld vocaal of gitaar. Ook de luidsprekers zijn anders. In plaats van een gesloten kast met daarin de naar voren gerichte luidspreker (als in een gitaarspeaker) is er een technisch trucje toegepast. De basreflexkast. Hier wordt de lucht achter de luidspreker de kans gegeven om via een extra poort de kast te verlaten.

In de eerste line-up van Kick had Ronald over een HH 212 combo gespeeld. Naar volle tevredenheid. Wat een geluid gaven die diengen. En het in het donker groen opgloeiende paneel zag er chic uit. Om in stijl te blijven, ruilde Ronald zijn HH 212 in en kost hij een HH 115 bascombo.

Het bascombo met de duidelijk herkenbare basreflex kast.

In een nostalgische bui heeft Ronald zowel de HH 212 V-S gitaarcombo als het HH 115 VS bascombo op de kop getikt. Ze zijn speelklaar, maar staan vooral erg mooi in zijn mancave (annex studio in wording.

Mancave in wording

Toch is Ronald niet helemaal tevreden. Waarom? In de oefenruimte in Zijdewind staat een Marshall kast met 4×12″ speakers en die blaast veel meer dan de 1×15″ van het HH-combo. Hij verkoopt het combo en koopt een losse HH-basversterker er voor in de plaats.

Ronald koopt er meteen ook een Marshall baskast bij. Plus een flinke plak schuimrubber om ongewenste trillingen te dempen.

Het is de bedoeling om er de bij behorende 50 watt Marshal buizenhead bij te kopen. Die is moeilijk verkrijgbaar en behoorlijk aan de prijs. En de combinatie met de losse HH blijkt een buitengewoon goede sound op te leveren. Never change a winning team, zegt men. De hele periode bij Kick speelt hij over deze set.

Met zijn “vaste” set

In grotere zalen kan het “nodig” zijn om een tweede box toe te voegen. Voor de zekerheid wordt die gehuurd van Ben Schouten, de eigenaar van de oefenruimte in Zijdewind en eertijds de charismatische zanger van hardrockband Dump.

Vingerzetting uit het boekje…

In de loop van 1983 stopt het met Kick. Drummer Willem hield het voor gezien en Ronald kon het met diens opvolger muzikaal niet zo goed vinden. Omdat hij geen zin meer heeft in al die herrie en het gesjouw verkoop Ronald de Marshall en de HH.

Met de kleine Acoustic 405

Rond 1985 gaat Ronald spelen in Once Again in Heiloo. Veel feestjes, bruiloften etc. vereisen niet zo’n enorme hoeveelheid versterkers. Een klein, maar dapper combo van Acoustic is ruim voldoende. Een mooie warme sound in combinatie met de Fender.

Onverwoestbaar…
Kerst 2014 met de Steinberger Bass

32total visits,1visits today