Op deze pagina nog veel meer helden. In onze ogen zijn het wellicht niet degenen die ons als band het meest geïnspireerd hebben, maar dat zegt meer over onze keuze dan over allen die de top 20 net niet haalden. Ook zij verdienen een portie aandacht. We doen hen te kort met een relatief korte vermelding. Heb je een andere mening? Stuur een reactie naar: bluesville@ziggo.nl. Deze pagina is nog “in bewerking”
AC/DC ✅
Een vijftal uit Sydney (Australië). Opgericht in 1973 door de broers Angus en Malcolm Young. Zij zijn de jongere broers van George Young, een van de oprichters van The Easybeats. Later ging hij in Flash and the Pan door met hits scoren samen met Henry Vanda (ook Easybeats). Vanda&Young hadden hun eigen Albert studios en werden ook de producers van de jonge band.
In 1974 nemen zij hun eerste LP op: High Voltage. Die wordt alleen in het thuisland uitgebracht, net als de twee opvolgers. In 1976 worden die in Europa samengevoegd tot twee platen. In hun beginjaren speelde de blues nog een duidelijke rol, zoals in Baby, please don’t go (van Big Joe Williams).
Met ‘Let there be rock’ breken ze in 1978 wereldwijd door. Het wordt een complete heksenketel. Ze touren als dwazen de wereld over en nemen in de tussentijd ook de LP Highway To Hell op en daarna verschijnt de live plaat “If You Want Blood, You’ve Got It”.
In het kader van hun wereldtour doen we ook Nederland aan. In zowel in 1978 als in 1979 staan ze in de Jaap Eden Hal in Amsterdam. En dan ook nog Judas Priest als supportact. Dat was een stevige avond. Dat kan uw webredacteur navertellen: hij was er bij en heeft het kaartje bewaard.
Zanger Bon Scott overlijdt redelijk “plotseling” op 19 februari 1980. Het staat hier tussen haakjes omdat een dergelijke inspannende tournee met een overvloed aan drank en drugs voor iedereen slopend zou zijn. De band denkt er over om te stoppen. Ze vragen Noddy Holder van Slade als zanger, maar die bedankt. Uiteindelijk vinden ze in Brian Johnson (die gezongen heeft in Geordie) een meer dan geschikte opvolger. De muziek wordt steeds harder en de bluesinvloeden steeds kleiner.
En toch…. in 2003 zijn Angus en Malcolm Young te gast bij een aantal optredens van The Rolling Stones. Zij spelen met elkaar ‘Rock Me, Baby’ en dat doet de ware bluesliefhebber stilletjes rillen..
In 2014 verlaat Malcolm Young de band vanwege dementie (stilletjes zegt men zegt: Korsakov). Op 18 november 2017 sterft Malcolm. Zijn geliefde Gretsch gitaar wordt met hem begraven in Sydney. Hij wordt vervangen door een neef: Stevie Young die alle partijen al uit zijn hoofd blijkt te kennen en die ook griezelig veel op Malcolm lijkt, want: de band gaat door. Altijd maar door… Hieronder de band anno 2024. Neef Stevie staat rechts.
= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =
Amen Corner ✅
Opgericht in Cardiff, Wales en genoemd naar een lokale dansgelegenheid. Daar draaide de DJ elke zondag verse soulplaten uit de USA. We spreken dan van eind 1965. Waarschijnlijk is de invloed van de soul er voor verantwoordelijk dat de band wordt uitgerust met een blazerssectie (twee saxofoons en een trompet).
In 1967 verhuist de band van Cardiff naar Londen om toch meer daar te zijn waar “het” allemaal gebeurt. Ze bouwen snel een grote schare fans op. Die zijn er voor verantwoordelijk voor dat hun debuutsingle ‘Gin House Blues’ de 12e plek behaalt in de BBC charts.
Hierna heeft Amen Corner nog een aantal hits in de categorie “vrolijke deuntjes” als ‘Hello Susie’ en ‘If Paradise Is Half As Nice’ . Het laatste nummer zich de status van popklassieker gekregen. Eind 1969 is de koek op en valt Amen Corner uit elkaar.
= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =
Andy Fairweather Low ✅
De zanger/gitarist van The Amen Corner is Andy Fairweather Low. Direct na het uiteenvallen van die die band start Andy met de band Fairweather. Hun eerst single is ‘Natural Sinner’, een lekkere bluesachtige stamper. Qua zang zit het nummer behoorlijk in de richting van Rod Stewart & The Faces.
In 1971 is het ook met deze band gedaan. Andy gaat solo verder en neemt in de jaren tussen 1971 en 1980 vier soloplaten op. Opvallend is het aantal bekende muzikanten dat daar op mee speelt. Op de tweede plaat La Booga Rooga spelen Bernie Leadon (Eagles), Gary Rafferty en Joe Egan (Stealers Wheel) en Kenny Jones (Faces) mee. Glyn Johns is de producer. Hij was vanaf de jaren ’70 ook de producer van de Rolling Stones.
Om de kachel te laten branden wordt Andy vanaf 1976 een veelgevraagd studiomuzikant, Hij speelt mee op Who Are You (1978) van The Who. Hij speelt vanaf 1985 op de soloplaten van ex Pink Floyd Roger Waters en gaat met hem op tournee. Vanaf 1992 krijgt hij een vaste plek krijgt in de begeleidingsband van Eric Clapton (sinds de opname van “Unplugged”) begin jaren ’90. Hij speelt onder andere mee op From The Cradle, Riding With The King, Reptile en Me and Mr. Johnson.
Fairweather Low neemt ook zelf af en toe nog een plaat op, waaronder deze re-make van de Gin Hous Blues uit 2022, die in de ogen van diverse recensenten van toonaangevende bluesmagazines de vergelijking met origineel makkelijk kan doorstaan.
= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =
Animals, the ✅
In de geschiedenis van ode Britse muziek zijn er maar weinig bands die uit de regio Newcastle komen. De groep Geordie kwam er vandaan (waarvan de zanger Brian Johnson later bij AC/DC zou gaan zingen) en de leden van de Spiders From Mars. En The Animals, dus.
The Animals bij het begin in 1964 met v.l.n.r: Eric Burdon (vocals), Alan Price (keyboards), Chas Chandler (bas), Hilton Valentine (gitaar) en John Steel (drums). Eric is klein van stuk, maar heeft een bulderende stem. Het grote muzikale genie van de band is Alan Price, een van de oprichters van de band. Chandler is de man met een opvallend goed zakelijk inzicht. Waarover later meer.
The House Of The Rising Sun duikt al erg lang op in de muziek als oord voor hel en verdoemenis. De versie ie de Animals bewerkten is die van Clarence “Tom” Ashley en Gwen Foster uit september 1933. Deze versie speelt zich af in New Orleans.
Het “huis” wordt ook vaak “The House Of Blue Light” genoemd, bijvoorbeeld in Good Golly Miss Molly van Little Richard. De aard van de werkzaamheden veranderden niet met de naam.
Het is Alan Price die een fraai akkoordenschema ontwerpt, waardoor het originele drie akkoordenschema een stuk uitgebreider wordt. Gitarist Hilton Valentine komt de eer toe om het tokkelwerk te hebben bedacht dat mening beginnend gitarist heeft doen besluiten een andere hobby te kiezen.
Tweede single was weer een bluesnummer: Boom Boom van John Lee Hooker. Die had het zelf pas in 1962 uitgebracht. Heerlijk nummer dat het ook live tamelijk goed deed. Boom Boom zou ook weer opduiken in de film The Blues Brothers uit 1980. Gespeeld door de oude meester zelf.
De opvolger in 1965 was een nummer van Nina Simone: Don’t Let Me Be Misunderstood. Ook dit nummer betekende een dikke hit voor The Animals. Volgens het gerucht vond Nina er zelf weinig aan. Zoals ze dat in de USA zo treffend zeggen: “She cried all the way to the bank”.
De laatste uit deze mooie serie hits is een nummer van Sam Cooke uit 1961: Bring It On Home To Me. De versie van The Animals wordt echt een klassieker. Het nummer wordt uitgebracht als een eerbetoon aan Sam Cooke die op 11 december 1964 in Los Angeles werd vermoord.
Getroffen door een steeds sterkere vliegangst verlaat Alan Price eind 1965 de band. Met een vervanger komen er nog wel hits, maar het bluespad wordt steeds meer verlaten: We’ve Gotta Get Out Of This Place (zie ook de film Goodmorning Vietnam) en It’s My Life worden flinke hits. Dan verlaten steeds meer leden de band. Don’t Bring Me Down is dan al opgenomen, maar in 1967 is het einde oefening.
Alan Price gaat verder met een eigen band. Eric Burdon gaat naar de USA met de de “nieuwe Animals” (o.a. met gitarist Andy Summers die later in The Police ging spelen). Chas Chandler werd een zeer succesvol manager van Jimi Hendrix en Slade en aansluitend platenbaas.
= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =
Barber, Chris
Ken Colyer’s Jazzmen is in 1953 opgericht. nadat Colyer terugkeert uit New Orleans. Hij wordt door een stel andere muzikanten gevraagd om de bandleider te worden, wat in die tijd dan automatisch leidt tot het noemen van de bandleider in de bandnaam.
De band van Ken Colyer in 1953:
- Ken Colyer (trompet)
- Chris Barber (trombone)
- Monty Sunshine (klarinet)
- Lonnie Donegan (banjo)
- Jim Bray (bass)
- Roy Bowden (drums)
Al in mei 1954 gaan de band en Ken Colyer uit elkaar. In de daaropvolgende jaren geven beide partijen elkaar de schuld van de breuk. In de korte tijd van hun bestaan hadden ze meer dan 100 opnames gemaakt. Ken wordt vervangen door Pat Halcox. Chris Barber wordt de nieuwe bandleider en dus verandert de bandnaam in Chris Barber’s Jazz Band. De formatie net na de transformatie:
Bijzonder aan de band is de vrijheid die zij zichzelf toekennen in de soorten muziek die zij spelen. Wat erg ongebruikelijk was in het begin van de jaren ’50 want iedereen hield zich keurig aan de regels van het genre. Denk ook aan de term ‘jazzpolitie’ die uit die tijd stamt en die verwijst naar mensen die er op letten dat niet van de ‘zuivere lijn’ werd afgeweken.
= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =
Barrelhouse
Het “restant” van Oscar Benton’s Bluesband. Eigenlijk diens gehele band minus Oscar. Zijn plek werd ingenomen door Tineke Schoemaker. Barrelhouse ging in 1974 van start. Vanaf de start bestaat de band uit:
- Tineke Schoemaker – zang
- Johnny LaPorte – gitaar
- Guus LaPorte – gitaar
- Han van Dam – piano
- Bob Dros – drums
- Jan Willem Slichting – basgitaar, contrabas, accordeon
Barrelhouse heeft een zeer grote reputatie opgebouwd in de 50 jaar dat zij actief zijn. Live zijn ze ongeëvenaard en in de studio weten ze hun ‘live sound’ goed op de plaat te zetten. Hun eerste plaat is ‘Barrelhouse’ in 1975.
Benton, Oscar ✞
Bintangs, the
Hoogovenrock was de trotse bijnaam van deze band uit Beverwijk. In 1961 opgericht als popband met Indische roots: hun naam betekent ster in het Indisch. Al snel werden zij onder het kopje Nederbeat ingedeeld. In de loop der jaren is de band zo vaak van bezetting gewisseld dat het ondoenlijk is om alle bezettingen te vermelden.
= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =
Cale, J.J. ✞
De belangrijkste vertegenwoordiger van een groep muzikanten uit Tulsa, Oklahoma. Hun “Tulsa-sound” is een mengeling van blues, rockabilly, country met een vleugje jazz. En altijd laid-back. De uitdrukking ‘Tulsa Time’ verwijst ook naar de ontspannen leefwijze.
John Weldon Cale wordt op 5 december 1938 in Oklahoma City in de staat Oklahoma. Dat is een van de steden die bezongen worden in het lied Route 66: de autoweg van Chicago naar Los Angeles met daarin alle belangrijke plaatsen onderweg.
Oklahoma werd oorspronkelijk bewoon door de Caddo, een stam Native-Americans. Het kwam in de 17e eeuw onder Frans bewind. In 1803 besloot Napoleon de Franse bezittingen in Noord Amerika te verkopen om zijn permanente oorlogen in Europa te kunnen betalen. De aankoopprijs: 11 miljoen en tweehonderdvijftig duizend dollars. Te rekenen in geld uit 1803. De koper was de jonge natie Verenigde staten van Amerika. Omdat die het geld niet cash hadden liggen werd een fonds opgericht met verhandelbare aandelen. Hieronder een van die fondsen die ook in ons land werden verhandeld, aangezien wij onder Frans bestuur vielen.
Als John zijn eerste stappen in de muziek zet hoort hij dat er al een John Cale actief is als lid van de Velvet Underground. Om te voorkomen dat er verwarring ontstaat noemt hij zich J.J. Cale. Met puntjes achter de J. Het is pianist/componost/zanger Leon Russell die hem aanspoort het in Los Angeles te proberen. Dat mislukt en John keert berooid terug naar Oklahoma. Hij gaat wonen in Tulsa. Hij gaat rustig door met componeren. Via via krijgt Eric Clapton zijn nummers “After Midnight” en “Cocaine” te horen en neemt die op.
Door het succes van de plaat van Clapton krijgt John zelf de gelegenheid zijn eigen nummers op te nemen. In 1972 leidt dat tot de release van Naturelly.
= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =
Cuby & The Blizzards
= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =
Davis, Cyril ✞
Donegan, Lonnie ✞
Anthony James ‘Lonnie’ Donegan wordt op 29 april 1931 geboren in Glasgow. Zijn beide ouders zijn behoorlijk muzikaal: zijn Schotse vader speelt viool in het Scottish National Orchestra. Moeder Mary Josephine Deighan komt uit Ierland en zingt. De nationale volkssport. Samen met whiskey drinken. Maar dat zijn natuurlijk vooroordelen.
= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =
Fleetwood Mac ✅
Voortgekomen uit John Mayall’s Bluesbreakers met Mick Fleetwood en John McVie als basis voor het ritme en naamgevers. In het begin wilde Peter Green er eigenlijk Peter Greens Fleetwood Mac van maken, maar dat was net te lang voor de gemiddelde concertposter. Gitarist/zanger/slidegitarist Jeremy Spencer kwam direct er bij. In 1968 volgde de derde gitarist Danny Kirwan.
In directe lijn met hun afkomst was hun eerste plaat volledig met blues gevuld. Het hoesontwerp toonde geen vrolijk beeld, maar de rauwe werkelijkheid van een achterafsteegje met gedeukte vuilnisbakken, lege flessen en een zwerfhond.
Een tweede plaat in 1968. Ook nu weer gevuld met bluesklassiekers en nu ook met een origineel nummer: ‘Stop Messin’ ‘Round’ geschreven door Peter Green. Later een grote hit voor Gary Moore.
Het nummer is trouwens behoorlijk een kopie van de ‘Stop Breakin’ Down Blues’ van Robert Johnson uit 1936. Op de tingeltangelpiano is Christine Perfect te horen.
In 1971 veranderde er van alles. Eerst Vertrok Peter Green en toen Jeremy Spencer om in Wings te gaan spelen. Uiteindelijk bleven Mick Fleetwood, John Mc Die en Christine McVie over. Begin 1972 vertrekt het drietal maar de USA. Met verschillende gitaristen wordt gespeeld, met sommigen zelfs opgenomen. Tot in 1974 men aanloopt tegen gitarist Lindsey Buckingham en zangeres Stevie Nicks. Beiden componeren ook songs.
In deze bezetting worden grote successen behaald. Deze zijn hoogstwaarschijnlijk wel bij u bekend, maar omdat deze verder niets meer met de blues te maken hebben, laten we het hierbij.
Joplin, Janis ✞
Janis Joplin staat hier in de categorie “BOTR” maar dat komt alleen doordat ze dood ging voordat ze meer mooie dingen had kunnen doen. Stel je voor: Mercedes Benz is de dag voor haar dood opgenomen.
Hoeke, Rob ✞
King, Freddie ✞
Samen met Albert en B.B. een van de drie “Kings”. Natuurlijk hadden de andere twee oogde achternaam King. Maar ook: de drie koningen verwijst ook naar de geboorte van Jezus). Freddie krijgt de Bijnaam “The Texas Cannonball”.
Korner, Alexis ✞
Deze plaquette is bevestigd aan de muur waar ooit de Ealing Club was in London (Verenigd Koninkrijk). Het adres: 42a The Broadway London 2NR. Zoals aangegeven begonnen Alexis Korner en Cyril Davies hier hun Rhythm & Blues Club in januari 1959.
Livin’ Blues
Mayall, John (and the Bluesbreakers) ✅
Het klinkt wellicht een beetje lullig, maar een hele goede muzikant is John Mayall nooit geweest. Gelukkig vindt hij dat zelf ook. Hij is vooral bijzonder, omdat hij er steeds in slaagt om jonge , supertalentvolle muzikanten te vinden en in zijn band in te passen. Daarom wordt hij de peetvader van de Britse Blues genoemd. Hieronder een aantal voorbeelden plus de periode dat ze een “bluesbreaker” waren.
John McVie (1964-1967)
De Bluesbreakers zijn zijn eerste echte band. Hij speelt drie jaar in de band om te vertrekken naar het toen net opgerichte Fleetwood Mac. In die band speelt tot de band in 2022 stopt na het plotselinge overlijden van bandlid Christine McVie, Johns ex.
Jack Bruce ✞ (1966)
Jack speelt in de Graham Bond Organization. Hij valt in als John McVie wegens ziekte verhinderd is. Gaat in 1967 met Eric Clapton en Ginger Baker verder in Cream.
Eric Clapton (1965 – 1966)
Eric Clapton speelt in The Yardbirds. De groep krijgt steeds meer succes en hits. Clapton vindt de muzikale richting maar niks en stapt op. Bij de Bluesbreakers speelt hij voor het eerst op een Marshall combo, die later ook “Bluesbreaker” wordt genoemd. Ook zijn gitaar krijgt mythische proporties. De gitaar heeft Beano als bijnaam. Clapton geeft hem in 1967 cadeau aan George Harrison.
Peter Green ✞ (1966 – 1967)
Opvolger van Clapton. Neemt de LP ‘A Hard Road’ (1967). Vertrekt daarna met bassist John McVie om Fleetwood Mac op te richten met drummer Mick Fleetwood.
Hughie Flint (1964 – 1969)
In deze periode heeft hij de band tijdelijk verlaten om met Savoy Brown te spelen. Daarna vertrekt hij om McGuiness Flint in 1970 te starten.
Mick Taylor (1967 – 1969)
Was al in 1966 bij optredens ingevallen voor Eric Clapton. Toen nog te jong bevonden voor permanente plek. Is net 18 als jij Peter Green opvolgt. Neemt met de BB vier platen op. Volgt in 1969 de overleden Brian Jones op bij de Rolling Stones.
Het is het debuutalbum van een band die in het livecircuit al de nodige stof heeft doen opwaaien.
De band bestaat op dat moment uit: John Mayall (Piano. Hammond, mondharmonica en leadzang), John McVie (bas), Hughie Flint (drums) en Eric Clapton (gitaar)
In mei 1966 wordt een van de belangrijkste “hedendaagse” bluesalbums opgenomen in de Decca Studio in London. Op 22 juli 1966 komt hij uit: Blues Breakers van John Mayall en Eric Clapton. Het album staat ook bekend om het Beano” album, genoemd naar de sunburst Gibson Les Paul Standard 1959 waar Clapton op dat moment op speelt.
In 1969 heeft John Mayall een top 40 hit met “Room To Move”. Het nummer is live opgenomen tijdens een concert in de Fillmore East op 12 juni 1969. De single is opgenomen zonder leadgitarist en drummer. Mayall speelt zelf de mondharmonica in de stijl van Sonny Boy Williamson II in One Way Out. Het nummer staat op de LP Turning Point, wat in feite een afscheid is van de blues in de pure vorm.
McVie, Christine ✞ ✅
Ze werd in één klap bekend door haar lage diepe, soulvolle stem. Christine Perfect (haar echte naam) is op 12 juli 1943 in South (Cumbria) geboren. Vader was Muziekdocent en violist, moeder paragnost en natuurgenezeres. Opa was organist van de Westminster Abbey. Met zo’n familie ga je niet op kantoor werken, natuurlijk.
Ze speel vanaf haar 4e piano, maar begint rond haar 11e serieus te oefenen. Op haar 15e krijgt ze een LP van Fats Domino en vanaf dat moment gaat ze er voor. Ze studeert alsof haar leven er vanaf hangt. En met succes, want ze kan in een band gaan spelen.
Die band is Chicken Shack zingt zij de lead en speelt keyboard. In 1969 heeft de band een giga succes met het Etta James nummer I’d Rather Go Blind.
In het uitgaansleven leert zij John McVie kennen. De voormalige bassist van John Mayall’s Bleausbreakers speelt nu bij Fleetwood Mac. Na hun huwelijk heeft zij Christine McVie. Na het stoppen van Chicken Shack treedt Christine tot Fleetwood Mac toe in 1971.
In de studio met Fleetwood Mac. Een van de eerste sessies met de nieuwe band. Helemaal links achteraan John McVie (tevens hubbie), in het midden het blonde koppie van Dannie Kirwan (✞) en Jeremy Spencer.
Moore, Gary ✞
Robert William Gary Moore wordt op 4 april 1952 geboren in Belfast (Noord-Ierland). Hij is een van de vijf kinderen van concertpromotor Robert en Winnie, huisvrouw. Dankzij het beroep van zijn vader groeit Gary op in de permanente aanwezigheid van muziek. Op zijn 10e krijgt hij van zijn vader een akoestische Framus. De gitaar is moeilijk te bespelen, maar Gary weet er al snel geluid uit te krijgen.
Na een heel aantal muzikale avonturen met bands als G-Force en Skid Row komt hij in 1974 terecht in Thin Lizzy met Brian Downey en Phil Lynott. In deze bezetting wordt de LP ‘Black Rose’ opgenomen. Gary is onrustig en stapt snel weer op. Phil helpt hem bij zijn eerste hit Parisienne Walkways in 1979. Later wordt de liveversie en nog veel grote hit annex klassieker. Gary is hier als gitarist al lekker op dreef.
In 1990 komt dan eindelijk het grote succes. Hij neemt de CD “Still Got The Blues” op. Hij laat daar een eigentijdse vorm van blues horen. Eentje die doorspekt is met flarden hardrock. Blijkt een commercieel zeer slimme zet. Moore zet hiermee de blues weer op de kaart omdat een aantal “ouwe knakkers” meespelen als:
In 1992 brengt Moore een tweede CD uit vanuit dit concept: After Hours. Dit keer zijn grootheden als B.B. King en Albert Collins te gast. De CD haalt nummer 4 in de BBC Albums Chart. Het is daarmee de best scorende plaat uit de carrière van Moore.
In 1995 brengt Gary Moore een CD uit als eerbetoon aan Peter Green (a.k.a. Greeny). Moore speelt op de CD alleen maar nummers die door Green geschreven zijn en maakt daarbij gebruik van de 1959 Gibson Les Paul Standard die Green altijd bij Fleetwood Mac gebruikte. Moore heeft de gitaar van Green gekocht omdat die de interesse in muziek totaal verloren was.
Na het overlijden van Gary Moore in 2011 wordt de gitaar gekocht door Kirk Hammett, gitarist van Metallica. Gibson brengt een erg gelimiteerde serie op de markt die een exacte replica is van de gitaar van Green. Let op het halselement dat door Green werd omgekeerd en daardoor een totaal andere sound gaf.
Na het overlijden van Peter Green op 25 februari 2020 organiseert Mick Fleetwood exact twee jaar later op 25 februari 2022 een concert ter ere van de muzikale nalatenschap van Peter Green. Kirt Hammett speelt ook een paar nummers op de originele gitaar.
Otis, Johnny ✞
In 1941 trouwt Johnnie Otis met Phyllis Walker, zijn geliefde sinds de middelbare school. Stel je voor: dat mocht dus niet in hun woonplaats Los Angeles omdat de Californische wetgeving een huwelijk tussen een blanke en een gekleurde niet toestond. Het huwelijk werd voltrokken in Reno, Nevada, waar ze niet moeilijk deden. Nog steeds niet trouwens.
In 1994 wordt Otis opgenomen in de Rock ’n Roll Hall Of Fame.
Primich, Gary
Thorogood, George (And The Destroyers)
Sumlin, Hubert ✞
Redbone, Leon ✞ ✅
Onder muzikanten genoot hij meer bekendheid dan bij het grote publiek. Dat vond hij totaal niet erg. Het was het gevolg van zijn keuze om de blues te spelen alsof je op de radarboot in de buurt van New Orleans van 1910 bent. Die stijl wordt wel omschreven als Vaudeville.
Geboren op 26 augustus 1949 op Cyprus als Dickran Gobalian. Volgens de Toronto Starr emigreerde hij in het midden van de jaren zestig naar Canada. Hij maakt gebruik van de Onotario’s Change Of Name Act. Daarmee hebben immigranten het recht op een nieuwe naam om hun integratie te bevorderen. Daarmee is de geboorte van Leon Redbone een feit.
Leon besluit zich toe te gaan leggen op de New Orleans-stijl van de blues. Daarbij wordt gebruik gemaakt van diverse instrumenten die later ook in de jazz-muziek opduiken. Vooral de Tuba (die de bas speelt) en de Klarinet spelen een belangrijke rol. Redbone zelf speelt op weergaloze wijze de parlour gitaar in fingerpicking style.
Hij is vooral wat men noemt een “musician’s musician”: een muzikant die vooral door de eigen valgenoten wordt herkend in zowel kwaliteit en originaliteit.
In 1944 geschreven voor de film Neptune’s Daughter. Krijgt in 1950 een Oscar voor het meest originele lied van dat jaar.
Het laat de discussie horen tussen een man en vrouw, waarbij de man probeert de vrouw er van te overtuigen niet naar huis te gaan vanwege de ijzige kou buiten.
Zij is een keurig meisje en noemt 10.000 redenen op waarom ze toch echt niet kan blijven.
Medehoofdrolspeler Zooey Deschanel zingt het nummer samen met Leon Redbone. Hier kan je horen wat een geweldige zanger hij eigenlijk is. En eigenlijk geldt dat ook voor zijn mede-vocalist. Wat een duet!!
Op 30 mei 2019 overlijdt hij in New Hope, Pennsylvania. Zelfs tot op het laatst bleef hij lollig. Volgens zijn overlijdensbericht was hij 127 jaar geworden.
Rivers, Johnny ✞
Hubert Sumlin is een van de vaste begeleiders van Howlin’ Wolf. Hij is dan ook voor een groot deel verantwoordelijk voor het ontstaan van het geluid van ‘The Wolf’.
Kent Dykes, Omar (Omar & The Howlers) ✅
Zanger/gitarist is in 1950 geboren in McComb, Mississippi. Deze plaats staat ook bekend als de geboorteplaats van Bo Diddley. Begint op zijn 13e met gitaar spelen. Sluit zich op zijn 20e aan bij de The Howlers. De bandleden noemen hem al snel “Omar Overtone” vanwege zijn voorliefde voor keiharde feedback als hij zijn gitaar tegen zijn versterker zet.
De Howlers zijn steeds in zeer wisselende samenstelling op CD’s aanwezig. Omar is daarbij de constante factor. Vooral live weten de muzikanten een geduchte reputatie op te bouwen. In 1992 neemt hij in Paradiso een live-cd op (uw webmaster mocht daarbij aanwezig zijn).
Omar heeft een hele serie CD’s gemaakt. Als we daar uit zouden moeten kiezen dan worden het de CD’s die hij maakte met Jimmie Vaughan met muziek van Jimmy Reed, met Gary Primich en solo met nummers van Howling’ Wolf.
Eind 2017 heeft Omar een infectie in zijn arm opgelopen met een vleesetende bacterie. Gitaarspelen lukt vanaf dat moment niet meer. Vrienden hebben geld ingezameld om een goede medische behandeling mogelijk te maken.
Volgens de beschikbare(schaarse) informatie gaat zijn herstel langzaam, maar wel de goede kant op toch iets te doen te hebben is hij samen met zijn vrouw Issa aan het schrijven geslagen en met behoorlijk wat succes.
Gallaghar, Rory ✞
Stevie Ray Vaughan (S.R.V.)
ZZ Top
Een collega noemt hen ooit smalend: “that little bluesband from Texas’. Sindsdien is dat hun Geuzen-naam.
500total visits,1visits today